Ongewone Wadlooptochten

Wadlopen en hardlopen van Texel naar Rottumeroog - 2-9 september 2020

Een verslag van acht aaneengesloten dagen Waddenbeleving


Totaaloverzicht wad- en hardloop 8-daagse.
In rood de oversteken met de veerboot,
In blauw de hardlooptochten,
In geel de wadlooptochten.

Tracks Ben Verbree

zondag 29 november 2020

ZEIST - Wadloper Ben Verbree startte op woensdag 2 sept. op Texel met hardlopen en kwam na 6 wadlooptochten en 7 hardlooptochten op woensdag 9 sept. aan in de Emmapolder ten noorden van Uithuizen Gn.


Verslag van 133 km hardlopen en 143 km wadlopen (en genieten)

Ben Verbree

Vorig jaar begon bij mij het plan te borrelen om ooit een keer alle Waddeneilanden achter elkaar te belopen: wadlopen en hardlopen. Ik wilde in contact komen met het hele Wad.

Als extra uitdaging wilde ik de wadloopdelen hardlopend met elkaar verbinden. Wetende dat hardlopen om een grotere belastbaarheid vraagt van de spieren dan bij het wandelen.

Een organisatorisch probleem waar ik tegenaan liep zijn mijn vakantiedagen. Een hobby van mijn vrouw en mij is het maken van grotere reizen, het liefst ver weg en een aantal weken. Door de coronacrisis zat een lange reis naar verre oorden er niet in. En door deze crisis ging mijn zwemtraining voor de halve triatlon en de halve triatlon zelf ook niet door. Een ideale mogelijkheid om mij volledig op het hardlopen en wadlopen te richten. Dus zo ontstond dit plan. Op vakantie in Nederland een mooie sportieve uitdaging in de natuur aangaan. De wadden verbinden te voet.

Daarnaast wilde ik zoveel mogelijk zelfvoorzienend op pad. Hardlopen en wadlopen met een kleine rugzak met daarin een bivakzak, slaapzak, matje, kleding en mijn wadloopspullen. Onderweg koop ik eten en drinken waar dat mogelijk is.

Op mijn werk kan ik, omdat ik met mijn collega’s alleen maar beurtelings op vakantie mag, maximaal twee weken achter elkaar vrij plannen. Ik kies voor de eerste twee weken van september. Daarin is er, voor de waterstanden astronomisch gezien, de eerste week de meeste kans van slagen. Mijn eerste loopdag is op woensdag 2 september.


Deel Texel en Vlieland.
Tracks Ben Verbree

I. Hardlopen op Texel van 't Horntje naar De Schorren

De veerboot van Den Helder legt aan op de zuidpunt van Texel, ’t Horntje genaamd, het startpunt van mijn hardlooptocht. De zon schijnt en lopend over de dijk heb ik een licht windje mee in de rug, een aangenaam begin. Meerdere fietsers, vrijwel allemaal aangedreven met een elektrische ondersteuning, passeren mij. Achteraf blijkt dit het drukste deel van mijn tocht te zijn.

Ik nader Oudeschild, de thuishaven van de Texelse vissersvloot. Oudeschild beleefde haar hoogtijdagen tijdens de VOC-periode toen het een belangrijke bevoorradingsplaats was. Het is ook de plaats waar ik mijn getijdetabel op afstem voor mijn overtocht naar Vlieland. De dijk, licht kronkelend met grote bochten, geeft mij af en toe zicht op Vlieland, mijn volgende bestemming. Bij het dorp Oost zie ik, net achter de dijk liggend, de molen die voor mij altijd zo’n herkenbaar ijkpunt is als ik vanaf Vlieland of Steenplaat naar Texel loop. Gestaag loop ik door naar het eindpunt van het hardlopen op Texel: de Schorren.

1. Wadlopen nachttocht Texel - Vlieland - 3 sept. 2020

Het aanvankelijk plan is om de volgende dag te gaan wadlopen naar Vlieland, echter de getijden zijn niet gunstig. De beste optie die overblijft is om in de nacht te gaan lopen. Rond middernacht is er vrijwel geen wind en het is vlak na volle maan. De weerkaatsing van het maanlicht over de stille serene zee is prachtig. Laaghangende wolken versterken dit aanzicht. Dit maakt het lopen over het wad in het donker zo aangenaam uniek. De Kleine Beer en enkele sterren er omheen gebruik ik als navigatiebakens.

Na een goed uur kan het maanlicht jammer genoeg niet meer tegen de dichtheid van de wolkenvelden op. Ik had verwacht dat ik het eerste half uur droog zou lopen maar ik loop enkeldiep. Daarna is het andersom, ik verwachtte dieper te lopen, maar blijf enkeldiep lopen. De zuidzuidwesten wind doet heerlijk zijn werk. Meestal loop ik scheenbeendiep, soms tot kniehoogte. Er valt zelfs een half uur lang een plaat vrijwel droog. De vuurtorens van Texel en Terschelling zijn duidelijk te zien. Evenals de lichten van Vlieland, Harlingen, Den Helder en de Afsluitdijk. Al deze kunstlichten nemen de navigatietaak over.


Vertrek vanaf Texel naar Vlieland rond middernacht.
Foto Ben Verbree

Af en toe begint het kort te regenen. In de verte zie ik iets bijzonders. Het lijkt alsof er een vogel ergens aan zit te pikken. Het lijkt wel een papegaai. Ik weet dat het niet zo is, maar mijn aandacht wordt er steeds weer naar toegetrokken. De regelmaat waar het mee gebeurd is zoals de koekoek steeds uit het klokkenhuis komt. Bijzonder zoals hersenen beelden opnemen, deze labelen aan eerdere opgedane ervaringen en ze vervolgens vertalen. Dichterbij komend lijkt het beeld op lampen van de voor- en achterzijde van een schip. En korte tijd later alsof een schip op haar zij ligt. Mijn route gaat er niet langs. Het laatste beeld is dat van een soort werkschip dat boeien repareert/verplaatst.

Aan het einde van de tocht wordt de lucht vochtig en er ontstaat een dunne laag mist. Ik loop voor op schema en het Keteldiep, dat bij mijn laatste oversteek in april dit jaar snel volliep, kan ik scheenbeendiep doorwaden. Na zes uur en drie kwartier, vroeger dan ik verwacht had, arriveer ik op Vlieland. Restaurant Het Posthuys biedt nog geen enkel teken van leven. In de lichte regen rol ik mijn bivakzak uit, doe het matje en mijn slaapzak erin en ga liggen. Ik lig er net in als het hard begint te regenen, slapen lukt mij niet. Na twee uur houdt de regen op. Met draaiende en schommelende bewegingen pers ik mij uit mijn slaapzak en bivakzak, pak alles in en loop het Posthuys binnen. Ontbijten kan niet, dit gaat in verband met de corona alleen op reservering. Ik kan wel een thee en appelgebak bestellen. Van enkele hotelgasten krijg ik plakken cake toegeschoven. Nadat de laatste hotelgasten hun ontbijt op hebben, krijg ik een plek bij de haardkachel. Hier kan ik mooi mijn spullen drogen en elektronica opladen.

II. Hardlopen op Vlieland van Het Posthuys naar Oost Vlieland

In de middag loop ik hard naar Vlieland Oost. Mooie tocht over de duinkammen die ik nog niet kende. Bij de start is het even droog, maar al snel krijgt de regen vrij spel. De lichte regen gaat over in stevige buien. De wadden zien er grijs en grauw uit. Gelukkig heb ik nog steeds wel de wind in de rug. Ondanks de regen is het heerlijk om over het smalle slingerende op- en neergaande pad te lopen. Afwisselend zie ik de duinen en bebossing van Vlieland en aan de andere kant de Waddenzee. De zandplaat Richel is steeds meer zichtbaar, ik nader Vlieland Oost. Op naar een restaurant, waar ik geniet van een pannenkoek en warme chocolademelk.

De directe veerdienst naar Terschelling vertrekt om 19.00 uur. In de kou in een korte broek wachten is niet echt prettig. Het geeft mij wel tijd om na te denken. De laatste 38 uur heb ik één uur geslapen. Ik besluit deze nacht niet in mijn bivakzak te slapen maar in een goed bed. Op Terschelling West aangekomen loop ik hard naar de Stayokay, waar ik om 20.00 uur arriveer. Na mijn aanmelding leg ik mijn natte kleding te drogen, neem een douche, maak mijn bed op en stap er in. Ik slaap binnen vijf minuten en hoor niks meer van de later op de avond arriverende kamergenoten.


Deel Terschelling en Ameland.
Tracks Ben Verbree

Elf uur later stap ik uit mijn bed. Kan mij niet heugen dat ik zo lang geslapen heb. Na een heerlijk ontbijt zie ik mijn fietskamergenoten. Ze zeggen dat ik er veel beter uitzie dan gisteravond. Ik pak mijn gedroogde spullen in, vul mijn waterflessen en loop naar buiten. Met een zonnetje dat regelmatig door de wolken prikt en wisselend delen van het wad oplicht, loop ik naar het oosten. Deze combinatie van wolken en licht, dat als een soort zaklamp door de wolken heen schijnt, maakt het lopen langs het wad zo uniek. Het meeste ultieme is als het licht gekleurd is en weerkaatst in het windarme water van het wad.

III. Hardlopen op Terschelling van West Terschelling naar de Wierschuur

Langs het wad loop ik naar de Wierschuur. Dit is ook de naam van de laatste bushalte op Terschelling, vlak bij mijn slaapplek voor de komende nacht in de duinen. Het is laat in de ochtend, nog genoeg tijd, ik besluit om naar Oosterend te lopen en op zoek te gaan naar het café-restaurant waar de wadlopers altijd verpozen na aankomst van hun tocht van Zwarte Haan naar Terschelling.

Ik denk het gebouw te herkennen en stap naar binnen. Maar binnengekomen herken ik vrijwel niks. In mijn geheugen was het een wat oubollig bruin café. Nu is het moderner en strakker ingericht. Aan de serveerster vraag ik of er hier wel eens wadlopers kwamen. Beetje vreemd uit haar ogen kijkend schudt zij nee. Ik loop nog eens een stukje verder door het dorp maar herken geen ander restaurant. Terug gekomen in het restaurant vraag ik de serveerster of het restaurant kortgeleden verbouwd is. Zij vertelt dat er tweeëneenhalf jaar geleden een nieuwe eigenaar in is gekomen. En dat het vroeger inderdaad een soort bruin café was. Ik bestel een appel-cranberry gebak met thee, hang mijn neopreenbroek, die nog nat is, te drogen en laad mijn GoPro op.

Ik kijk op mijn telefoon en zie dat de weersvoorspellingen voor morgen zeer ongunstig zijn; geen enkele kans om het Oosterom te kunnen doorwaden. Wat is het alternatieve plan? De dagen daarna zien er ook niet goed uit. Ik besluit, met grote tegenzin, via internet een bootticket voor vanmiddag te kopen voor de boot van Terschelling naar Harlingen. Dan maar geen wadloopoversteek, maar ik wil ervaring opdoen in het resterende deel van mijn geplande tocht. Vroeg in de middag neem ik de bus naar Terschelling West waar ik opnames schiet van het plaatsje, van de omgeving en van de prominent aanwezige kenmerkende vuurtoren: de Brandaris.

Het weer voelt aangenaam aan: de hevige wind die voorspeld is voelt niet zo. Ik kijk nog eens op Windfinder en naar de waterstanden. Zo slecht als eerder voorspeld was, is het zeker niet. Weer gooi ik mijn schema om, annuleer mijn bootticket en besluit om morgenochtend vroeg toch mijn wadloopoversteek naar Zwarte Haan te proberen. Mocht ik niet door het Oosterom komen dan keer ik terug en ga dan alsnog met de boot terug. Na mijn foto’s te hebben gemaakt van Terschelling West, bezoek ik het oudste café van deze plaats. Een bruin café waar ze klaverjassen en biljarten. Vijf man spelen tien over rood. Naarmate de tijd vordert en ook de alcoholconsumptie toeneemt worden de corona-regels steeds vager. Na een uur verlaat ik de kroeg en loop naar een restaurant waar ze hout gestookte pizza’s maken. Het voorafje, een brochette van paling, is om je vingers bij af te likken. Het wordt tijd om de bus terug te nemen naar de Wierschuur en door te lopen naar mijn slaapplek in de duinen waar ik een paar maanden eerder had gelegen. Gehinderd door de muggen vouw ik mijn bivakzak uit en val in slaap.


Terschelling West met Brandaris

Overnachting in bivakzak in duinen

2. Wadlopen Terschelling - Zwarte Haan - 5 sept. 2020

Tijdens de nacht krijg ik enkele regenbuien over mij heen. Ik wordt voor de wekker afgaat wakker. Het is droog, ik besluit om mijn spullen nu te gaan inpakken voordat de volgende bui zich aandient. Nadat ik alles goed heb ingepakt loop ik in een rustig tempo naar de plaats van vertrek. Te vroeg vertrekken maakt mijn kans om door het Oosterom te komen klein. Ik zie geen schuimkoppen op de golven. De aanvankelijk krachtige wind, die een verhoging van 30 cm zou geven en later weer gecorrigeerd werd, is zeker niet krachtig. Kruisdiep startend bij het begin van het Oosterom loopt het water geleidelijk op tot maximaal borstdiep. Halverwege pak ik mijn rugzak in mijn hand en til deze boven mijn hoofd mee.

Enkele keren krijg ik een golf uiteenspattend in mijn gezicht. Ik verwacht nog een dieper deel vlak voor de boei maar dat blijkt mee te vallen. Blij bereik ik de overzijde, deze passage is gelukt. Hoopvol dat ik de overkant kan halen. Lange tijd loop ik vervolgens door kniediep water. Schuin van opzij wordt het snel erg donker. Inktzwarte buien pakken zich bij elkaar. Op de weersites heb ik geen onweervoorspellingen gezien. Het maakt mij wel een beetje benauwd, immers lichtflitsen en donderslagen is het laatste wat een wadloper zich op zee wenst. Grote druppels komen naar beneden, ik zet mijn capuchon op. Tot mijn opluchting veranderen de grote druppels snel in fijnere dichte regen. De zwarte wolkenvelden trekken oostwaarts verder. Gelukkig geen onweer waar te nemen.

Geleidelijk neemt de dichtheid van de regen af. Aangekomen bij de Kromme Balg zie ik dwergsterns de ondiepe wateren met duikvluchten torpederen. Indrukwekkend om te zien. Het water wordt ondieper en ik kan vaart maken. Ik lig goed op schema en weet dat het komende deel de zware diepere slik passage is. Ik zet koers op de in de verte oplichtende oesterbanken. Vanaf hier kan ik de nog schuin liggende boeien in het Vingegat goed zien. Tijd genoeg om even rustig wat te eten en te drinken op een oesterbank. In het vervolg naar de boei zak ik met grote regelmaat kniediep weg in de slik. Aangekomen aan de overzijde van het Vingegat geniet ik van de grijze tinten van het water, slik en lucht. Heel af en toe trekt er een witte wolk voorbij en licht de lucht even blauw op. Het laatste deel koers ik, over de droge honingraatvormige slikvelden, af op de hoge kenmerkende palen van het uitlaatdeel van het gemaal bij Zwarte Haan.


Pauze op de oesterbank

Spel van zon en wolken

Bij aankomst is het restaurant te Zwarte Haan nog dicht. Bij de aan de overzijde van de weg liggende sloot ligt een vlonder wat een ideale gelegenheid biedt om mijzelf en mijn spullen schoon te maken. De zon breekt door, ik leg mijn natte bivakzak en vochtige slaapzak te drogen. Mijn telefoon en GoPro zijn bijna leeg. Ik besluit op zoek te gaan naar de man de op het hoekje van het rijtje dijkhuizen woont. Ik was met deze man bij één van mijn eerdere wasgelegenheden hier, in contact gekomen. Hij was toen aan het vissen. Aan het einde van ons gesprek vertelde hij dat als er iets is, ik altijd welkom bij hem ben. Met mijn snoertjes loop ik over de dijk en gluur bij hem binnen; geen spoor van leven te bekennen. Even verder op kijkt een vrouw met een hond bij zich naar mij en vraagt of ik mijn spullen wil opladen? Ja, antwoord ik. Zij zegt "Wacht even dan loop ik achterom en zie ik je bij de deur". Anderhalf uur later, na uitgebreid over Zwarte Haan gepraat te hebben, twee koppen thee gedronken te hebben, verlaat ik met opgeladen spullen haar knusse huis. Heerlijk deze spontane ontmoetingen met lokale bewoners aan de rand van de Waddenzee. De zon schijnt nog volop, met mijn hoofd in de schaduw rust ik anderhalf uur uit, liggend op mijn opblaasmatras.


Mijn sporen op het wad

Wassen en drogen

IV. Hardlopen van Zwarte Haan naar Holwerd

Ik voel mij goed en besluit om te gaan hardlopen naar Holwerd. De zon schijnt nog steeds en ik heb een licht windje in de rug. Afwisselend loop ik over het midden van de dijk, waarbij ik het mooiste overzicht heb naar zowel links als rechts, aan de zeezijde van de dijk waar het zoeken is naar een niet schuine ondergrond zonder te veel in de schapendrollen te lopen en aan de landzijde van de dijk waar het vlak is en waarbij ik op de roosters die voor het vee zijn aangelegd mijn voeten op de juiste plek moet neerzetten.

Iets over de helft staat een hoog boven de dijk uittorende silo waar ik een kopje thee drink en bruine bol met ham eet. Ik vervolg mijn weg langs een van de grootste kwelders van Europa: Noard-Fryslân Bûtendyks. In de kwelder zie ik grazende koeien, rennende paarden en vooral ganzen, heel veel ganzen, met name veel brandganzen. Op de achtergrond zie ik de Waddenzee met in de verte de vuurtoren van Ameland. Aangekomen bij de pier van Holwerd waar vandaan de veerboten vertrekken naar Ameland, loop ik naar Holwerd. Bij aankomst loop ik direct naar de supermarkt om mijn ontbijtspullen voor morgen in te slaan. Ik verheug mij op een heerlijke soep in een restaurant. Navraag bij inwoners van Holwerd geven als uitkomst dat er alleen maar een snackbar is, dan maar een vette hap. Mijn lichaam is daar niet meer zo aan gewend en ik krijg de bestelde hoeveelheid bami schijf, broodje kroket en friet, die ik vroeger moeiteloos op at, niet volledig op.

Ik loop naar de in het dorp achter de kerk liggende camping. De campingbaas kijkt naar mijn kleine rugzak en vraagt hoe ik wil gaan overnachten. Hij heeft nog een caravanplek te huur. Ik vertel dat ik een bivakzak heb. Waarop hij zegt: "Ik heb ook nog een weggooi-uitvouw-tentje liggen, die de vorige bezoekers bij het afval hebben neergezet". De komende nacht zijn er zwaardere buien voorspeld en ik maak een combinatie van het weggooi-uitvouw-tentje met daarin mijn bivakzak. Haringen ontbreken, maar ik heb als voordeel dat ik liggend in de tent makkelijker kan ademen dan in een dichtgeritste bivakzak.

Als ik opsta weet ik waarom de mensen dit weggooi-uitvouw-tentje van de hand gedaan hebben. Het lekt bij de vloerzijde, gelukkig lig ik in mijn bivakzak. De klok van de kerk die vlak naast de camping ligt, hoor ik slaan. Vannacht heb ik deze niet gehoord en ook van de overtrekkende regenbuien heb ik niks gemerkt. Na mijn ontbijt en het weggooi-uitvouw-tentje weer in haar hoes te hebben gedaan en bij het afval te hebben neergezet, vertrek ik hardlopend naar de dijk.

3. Wadlopen Ameland v.v. - 6 sept. 2020

Gisteren kwam ik aan het begin van de pier van Holwerd een man met een stok tegen. Dat moest vast een wadloper zijn dacht ik. Ik praatte even met hem en hij vertelde dat ter hoogte van Visbuurt een opstap voor de tocht naar Ameland een opstap is die voor ‘Truus uit Den Haag’ makkelijker te doen is dan opstappen bij de pier. Ik ben eigenlijk wel benieuwd en besluit naar deze voor mij nieuwe plek te lopen. De tocht naar Ameland is voor mij op de één of andere manier meestal wat minder uitdagend, daardoor ben ik er met mijn gedachte wat minder bij. Gevolg: bij de opstap vanaf de dijk naar de rijsdam moet je over een hekje met prikkeldraad. Ik wil er overheen stappen verlies mijn evenwicht en grijp mij vast in het hek met prikkeldraad. De prikkel snijdt redelijk diep in mijn rechter pink. Ik ben wakker geschud en weet dat ik er niet te lichtzinnig over moet denken.


Zonsopgang

Ameland

Gelukkig is het vandaag helder weer. Voor het eerst zie ik een prachtige zonsopkomst. Dit in combinatie met de lange rijsdammen die hier aanwezig zijn geeft dit een prachtig lijnenspel. Na de langste rijsdam die ik tot nu toe heb belopen in mijn wadloop-carrière, staat er een scheenbeendiep slikveld te wachten richting kleine schelpenbanken. Na ook het plakkerige deel van de oestervelden te zijn gepasseerd, zie ik in de verte de boeien van de Zuiderspruit liggen. De geul daarvoor passeer ik kniediep, de Zuiderspruit scheenbeendiep. In de verte zie ik de veerboot van Holwerd naar Ameland. Ik besluit om in een rechte lijn naar Ameland te lopen. Echter de geulen die ik hierbij onderweg doorwaad zijn dieper dan gedacht, enkele kruisdiep. De aankomst op Ameland is ook weer uniek als je het vergelijkt met de andere Waddeneilanden. De duinen liggen dicht aan de Waddenzee en zijn vrij hoog. Tweeëneenhalf uur duurde de oversteek.

Ik begin rustig aan de terugtocht en maak met mijn telefoon meerdere foto’s. Ik ga geheel op in het Wad en het maken van foto’s met verschillende instellingen. Opeens voel ik het water opkomen, veel sneller dan ik verwacht had. Dit zal mij toch niet gebeuren, denk ik. Dat ik de makkelijkste oversteek niet haal. Ik begin hard te lopen. Mijn conditie is goed, ik heb geen enkele moeite om drie kwartier door te rennen. Alles wat ik nog over het droge kan lopen is meegenomen is mijn motto. Ook kleine delen die onder water staan zijn geen probleem om te blijven hardlopen. Na de geul die na de Zuiderspruit ligt gepasseerd te hebben, weet ik dat het laatste deel geen probleem meer is. Rustig vervolg ik mijn route, loop langs de rijsdam en stap ditmaal geconcentreerd over het hek met prikkeldraad.

V. Hardlopen van Holwerd naar de Negenboerenpolder bij Kleine Huisjes

Hardlopend op de dijk loop ik, net oost van de pier van Holwerd, langs het beeld van de dunne en dikke vrouw. De dikke vrouw stond er al eerder, later is de dunne erbij geplaatst. Het heet: 'Wachten op hoog water'. De kunstenaar wil er contrast en balans mee uitbeelden. Mensen de verschillen in de wereld laten zien en mensen samen laten komen.


Rijsdam bij start Ameland

Wachten op hoog water

Kijkend naar de Waddenzee zie ik de steeds smaller wordende kwelder. Deze maakt plaats voor het magnifiek landschap van droge slikvelden met lange rijsdammen. Mooier heb ik ze nog niet gezien. Op deze plek kom ik nooit omdat ik meestal op het wad evenwijdig aan de dijk loop. Ik de verte zie ik het Schoorsterhoofd, een dam nabij Ternaard en even verderop de zo kenmerkende kerktoren van Wierum. Eenmaal aangekomen in Wierum stop ik even, het pittoreske kerkplein heeft altijd een enorme aantrekkingskracht op mij. De historie ademt ervan af en het plaatsje kust als het ware de Waddenzee.

De volgende plaats heeft de meest treffende waddennaam: Moddergat. Veelal in combinatie met Paesens. Ik vraag aan een voorbijganger om een opname van mij voor de historische huisjes te maken. Ik strek mijn arm maximaal en geef hem mijn telefoon, hij strekt zijn arm maximaal en ontvangt mijn telefoon. Apart hoe ik in coronatijd mijn camera aan hem geef. Het dorp is in de 18e eeuw ontstaan, bij de monding van een riviertje (de Paesens) met veel slijk. Zowel Moddergat als Paesens hadden in de 19e eeuw een grote vissersvloot. In 1883 kwamen er tijdens een zware storm, waarbij vele boten vergingen, 83 mensen om het leven. Als ik langs de oude vissershuizen loop proef ik de sfeer van de 18e eeuw.

Ik wil mijn weg vervolgen maar langs de dijk lopen gaat niet meer. De overheid is bezig om de dijk te versterken. De omweg voert meer landinwaarts langs een oude dijk. De weg ligt aan de zeezijde. Aan de landzijde liggen de huizen. Door een weggetje door de dijk te maken, met schuiven om deze bij hoogwater te kunnen afsluiten, worden ze met elkaar verbonden. Weer aangekomen op de dijk tussen de Waddenzee en het Lauwersmeer steven ik op de R.J. Cleveringsluizen af. Deze staan deels in de steigers. De sluizen en de dam vormen de afsluiting die in 1969 werd voltooid van de vroegere Lauwerszee.

Bij Lauwersoog maak ik een tussenstop om te eten en te drinken. Ik vervolg mijn weg over de dijk bestaande uit basaltblokken aan de zeezijde met daar overheen een asfaltweg. Ik hoor de golven ritmisch tegen de dijk aan klotsen. Ik hoor het ritme van mijn voetstappen. Er ontstaat een cadans, heerlijk om zo hard te lopen. Na een 90 graden knik, waarbij mijn looprichting van zuidoost in noordoost verandert, loop ik weer op de ‘normale’ dijk. Een dijk met kwelders aan de Waddenzee, bekleed met gras in het midden met schapen, heel veel ... schapen. Dus ook, heel veel schapenontlasting! Ik loop tot aan het gebouw van Waterschap Noorderzijlvest in de Negenboerenpolder ten noorden van Kleine Huisjes.


Deel Schiermonnikoog en Rottum.
Tracks Ben Verbree

4. Wadlopen Schiermonnikoog v.v. - 7 sept. 2020

Iets later dan gepland vertrek ik vanaf de dijk. Het is bewolkt en licht miezerig. Daardoor helaas geen mooie zonsopkomst. Jammer maar het is niet anders. Onderweg gaan mijn gedachten naar de analyse van deze tocht. Had ik niet beter drieënhalf uur voor laagwater Lauwersoog kunnen vertrekken i.p.v. drie uur? Het water komt immers sneller op dan dat het afloopt. Voor de tocht Rottumeroog - Schiermonnikoog had ik eerder twee verkenningen gedaan in dit gebied, mijn route was dus goed. Doordat ik in het eerste deel regelmatig kniediep en er net boven door het water loop maak ik niet veel meters.

Aangekomen op de verhoging net ten zuiden van Lutjewad zie ik de meeste boeien nog redelijk recht overeind staan. Ook deze passeer ik kniediep en soms iets dieper. Na een dik uur lopen maak ik mijn eerste droge stappen. Ik loop door naar Eilanderbalg die ik ook doorwaad. Daarna loop ik ook droog maar is de ondergrond regelmatig enkeldiep plakkerige slik. Ik besluit een deel af te snijden waarbij in een geul kruisdiep doorkruis. De plakkerige zachtheid van de ondergrond valt mij een beetje tegen. Had gehoopt en deels verwacht dat ik sneller door kon lopen. Bijna drie uur na aanvang van de tocht kom ik aan op Schiermonnikoog.


Rugzak bij een slenk op Schiermonnikoog.
Foto Ben Verbree

De slingerende slenken die de met zeekraal begroeide kwelder doorboren, geven mij een welkome aankomst op het eiland. De typerende aankomst op Schiermonnikoog. Het is nu laagwater Lauwersoog, tijd om met de terugtocht aan te vangen, anders kom ik te laat bij het Lutjewad aan. Het laatste deel naar Schier had een wat hardere ondergrond, dit is nu het eerste deel van mijn terugtocht, ik besluit om een deel hard te lopen zodat ik later meer profijt heb van lager water. Doordat er meer delen droog liggen voelen deze stukken nu minder plakkerig aan, ik vorder gestaag. De passage van de Eilanderbalg is droog evenals het Lutjewad. Ten zuiden van het Lutjewad ligt een grote instroom. Het westelijke deel er van maakt nog net geen contact met het oostelijke deel. Het begint weer te miezerregenen, dat was halverwege de heenweg gestopt. Ik kom in dezelfde weersomstandigheden aan als waarmee ik vanochtend vertrokken was.

VI. Hardlopen van Kleine Huisjes naar Noordpolderzijl

Het contact met de Waddenzee overbrugt een grotere afstand dan wanneer ik over de dijken van Texel en Terschelling loop of door de duinen van Vlieland. De kwelders en rijsdammen voeren hier ver de Waddenzee in. Rottumeroog en Plaat zijn soms even zichtbaar, Borkum licht in de verte op. Hardlopen over de dijk biedt de mogelijkheid om ook het land te zien. Graan- en aardappelvelden voeren de boventoon. Met zeer grote regelmaat stap ik, via een opstappaal, over de hekken die de graslanden op de dijk waarop de schapen nu mogen grazen afscheiden van de delen waar ze later mogen grazen. Als de dichtheid van de hekken toeneemt besluit ik om aan de zeezijde van de dijk te gaan lopen. De enige obstakels die ik hier tegenkom zijn de veeroosters.

In tegenstelling tot de eilanden, kom ik aan de Groningse kust weinig fietsers tegen. Het vergroot bij mij het intense gevoel van vrijheid en levenskracht om hier te mogen en te kunnen hardlopen. Al dromend op het ritme van mijn passen nader ik Noordpolderzijl. Het havendeel aan de Waddenzee-zijde, de kleinste zeehaven van Nederland, valt bij laagwater vrijwel in zijn geheel droog. Aan de landzijde staat de mooi gerestaureerde monumentale sluis en ... het Zielhoes.

Het Zielhoes, sluishuis vertaald, is een bruin café dat ademt naar wadlopen. Een must voor elke wadloper om te bezoeken. De atmosfeer nodigt je vanzelf uit om een gesprek met iemand aan te gaan. Gesprekken die veelal persoonlijk zijn, zelf de ruimte toelaten hoever je met de diepgang wilt gaan en vaak ook vrolijke noten bevat. De sprekende eb- en vloedgetijden van de Waddenzee. In het naastgelegen meertje begin ik aan het ritueel van schoonmaken van mijn lichaam en kleding. Met name met mijn teensokken ben ik lang bezig om al het fijne zand uit de teendelen te krijgen. Vervolgens alles laten drogen en opladen wat nodig is. Daarna eten en rusten. Aan het begin van de avond doe ik mij tegoed aan een heerlijke maaltijd. Mijn vrouw zorgt in dit oostelijke deel van de Wadden voortreffelijke voor de catering.

5. Wadlopen Rottumerplaat v.v. - 8 sept. 2020

Ik sta vroeg in de ochtend op en heb 25 minuten om mij aan te kleden, ontbijten en mijn gereedstaande spullen te pakken. Ik steek de dijk over, het is miezerig weer. In de kwelder loop ik over een pad waar machines met brede banden een weg gebaand hebben. Even verderop ligt een boot, met bossen dennenhout op het wad. De rijsdammen worden bewerkt. Lopend over het wad overvalt de sereniteit mij. De combinatie van windstilte, geen golfje te zien, geen zonlicht, deken van grijze wolken en vrijwel geen vogelgeluiden geeft een gevoel van absolute rust. Alles mag er zijn. Ontvankelijk, open, wat voel ik mij welkom om hier te mogen lopen. Alleen en tegelijkertijd met alles wat op dit moment hier aanwezig is. Puurheid ten top.

Deze tocht heb ik goed voorbereid omdat het bij normale getijden (geen uitzonderlijk gunstige) een vereiste is dat je tweeënhalf uur moet kunnen hardlopen om in één getijde op en neer naar het eiland te kunnen lopen. Ik had al eerder Rottumerplaat v.v. gelopen maar dat was met springtij. Twee jaar geleden heb ik een verkenning gedaan met doodtij. Hoe lang voor en na laagwater Lauweroog, of beter in deze regio is Eemshaven, kon ik de ton ZOL 36 passeren? De tijden ken ik uit mijn hoofd. Volledig volgens planning kwam ik aan bij de cruciale punten.

Voor de zekerheid, als ik te laat ben en moet overtijen op Rottumerplaat, heb ik mijn bivakzak, matje en een pakje hartkeks, twee extra repen en extra drinken meegenomen. Door de voor mij gunstige tijd van passage ZOL 36 heb ik uiterlijk 2 uur en 50 minuten uur de tijd om heen en weer te lopen en weer bij dit punt uit te komen. Na één uur en tien minuten hardlopen kom ik, door de zon ontvangen, op Plaat aan.


Rottumerplaat

'Schrijven' met water

Ik maak enkele foto’s, wat tijd kost en geniet kort van dit mythische deel in de Wadden: Rottum. Bestaande uit Rottumerplaat, Rottumeroog en Zuiderduintjes. Dat mythische zit in de oerkracht en historie. Met oerkracht bedoel ik de puurheid: zonder menselijk ingrijpen. En met historie ook de puurheid: namelijk het ‘wandelen’ van de eilanden naar het oosten in de afgelopen decennia en eeuwen. Precies na één uur en vijfentwintig minuten begin ik aan de terugtocht. Het vereiste hardlopen kost me weinig moeite, ik voel mij fit. Na een goede vijf kwartier ben ik weer bij de Zuid Oost Lauwers. Het deel tussen ZOL 34 en 36 heeft nog geen contact met elkaar gemaakt. Iets zuidelijker is de stroming van de ZOL zichtbaar. Ik besluit om eerst de ZOL over te steken en aan de overzijde wat te eten en te drinken.

Eenmaal aangekomen op het droge begint het fantastische spel van 'schrijven met water'. Het doet mij denken aan de boeddhisten. Zij kunnen maanden doen met het tekenen van zand, het maken van een mandala, een kaart dat de kosmos uitbeeldt. Tweemaal per dag schrijft de Waddenzee met water. Telkens weer met een andere kracht en een andere penseelstreek. Tweemaal per dag een vingerafdruk die ook zolang geldt. Niks is blijvend, hoe krachtiger kun je dynamiek uitbeelden. De zorgvuldigheid waarmee het water haar weg zoekt boeit. De kracht die daardoor ontstaat is meeslepend. Bij de mandala werkt men van binnen naar buiten. Bij de wadden begint het schrijven vanuit de Noordzee. Ik droom even weg naar het tijdloze. Het water doet mij wakker schudden en ik loop verder, het droge deel nog voor mij en het telkens sluitende deel achter mij. De kwelder naderend zie ik een soort dragline over het wad zich langzaam voortbewegend naar de ponton met de dennentakken. De berijder zwaait naar mij. Volgens mij zit zijn zoon naast hem, en ik zwaai terug. Ik loop naar de dijk, nagenietend van deze prachtige wadlooptocht.

VII. Hardlopen van Noordpolderzijl naar de Emmapolder ten noorden van Uithuizen

In de middag loop ik het deel hard van Noorpolderzijl naar de parkeerplaats van de Emmapolder. Het werken aan de rijsdammen is nog in volle gang. In de verte zie ik, recht voor mij, de windmolens van Eemshaven, meer naar het noorden de vuurtoren van Borkum en daarnaast Rottumeroog; mijn volgende bestemming. Het is maar een kort stukje lopen en met een uur ben ik op de plaats van bestemming.

6. Wadlopen Rottumeroog v.v. - 9 sept. 2020

De volgende ochtend is het vertrek bijna identiek aan de dag van gisteren: wederom miezerregen. Alleen is de sfeer minder sereen en het zicht slechter door het dikkere grauwe wolkendek. Het is een stuk kouder, ik doe mijn handschoenen aan en doe mijn balaclava om mijn nek. Vandaag loop ik op mijn kleine GPS, goed om weer eens met deze te werken. Ik vertrek twee uur en drie kwartier voor laagwater Lauwersoog zodat ik een half uur extra tijd heb om enkele foto’s te kunnen schieten. De nevel trekt iets op maar waar je normaal gesproken de witte kustlijn van Zuiderduintjes ziet opblinken, zie ik deze nu pas veel later en van dichterbij. Langs de westkant van Zuiderduintjes loop ik op de kenmerkende gietijzeren kaap van Rottumeroog af. Oog is goed zichtbaar, achter mij blijven de wolkenvelden hangen op het Wad. De wind neemt geleidelijk toe. Na Rottumeroog áangetikt te hebben loop ik weer richting Zuiderduintjes. Het af en toe prikken van zonnestralen door de wolkenvelden geeft prachtige sfeervolle plaatjes. De terugtocht verloopt soepel, ik snij een stukje af. Bij de ton ZOL 48 ligt het nog droog. De werkers aan de rijsdammen zijn wederom in touw. Ik loop de dijk op en voel mij goed. Fysiek geen spierpijnen of krampen zoals deze hele week al en mentaal vol zelfvertrouwen.


Kaap van Rottumeroog

Heerlijk voldaan

Dit is Wad het is!

Prachtig einde van een bijzondere week. Een week van acht dagen, waarin ik zes wadlooptochten en zeven hardloopetappes heb kunnen volbrengen. Een week waarin de Wadden mijn vijf zintuigen hebben kunnen bekoren. Ik proefde de regen en het zoute water tijdens mijn tocht van Terschelling naar Zwarte Haan, ik liep op mijn gevoel in het donker over het wad van Texel naar Vlieland, ik rook de vulkanische luchten bij de retourtocht naar Ameland, ik hoorde de serene rust, de momenten dat geluiden opvallen tijdens mijn retourtocht naar Rottumerplaat en ik zag het licht bij het openbreken van de wolkenvelden tijdens mijn retourtocht naar Rottumeroog.